EU moet aanwezigheid THC in levensmiddelen van dierlijke oorsprong gaan monitoren
EU lidstaten moeten, met actieve betrokkenheid van de levensmiddelenindustrie, de aanwezigheid van THC in levensmiddelen van dierlijke oorsprong gaan monitoren. Tetrahydrocannabinol is het belangrijkste bestanddeel van de hennepplant Cannabis sativa. Doordat hennep wordt gebruik in diervoeder, komt er THC in melk en ander voedsel van dierlijke oorsprong terecht.
Er is behoefte aan meer gegevens over een aanwezigheid van deze stof in levensmiddelen van dierlijke oorsprong. Ook is er weinig bekend over de mate waarin deze stof van diervoeders naar levensmiddelen van dierlijke oorsprong wordt overgedragen.
Daarnaast moet er gekeken worden naar de aanwezigheid van Δ9-tetrahydrocannabinol (Δ9-THC), de delta-9-tetrahydrocannabinolische zuren die niet-psychoactieve precursoren zijn van Δ9-THC (2-COOH-Δ9-THC, ook Δ9-THCA-A genoemd, en 4-COOH-Δ9-THC, ook Δ9-THCA-B genoemd) en andere cannabinoïden (zoals delta-8-tetrahydrocannabinol (Δ8-THC), cannabinol (CBN), cannabidiol (CBD) en delta-9-tetrahydrocannabivarin (Δ9-THCV)) in van hennep afgeleide levensmiddelen en levensmiddelen die hennep of van hennep afgeleide ingrediënten bevatten.
Daarbij moeten de bemonsteringswijzen worden gevolgd die zijn vastgesteld in Verordening (EG) nr. 401/2006 tot vaststelling van bemonsteringswijzen en analysemethoden voor de officiële controle op het mycotoxinegehalte in levensmiddelen.
De analyseresultaten moeten regelmatig en uiterlijk oktober 2018 bij de EFSA ingediend worden. Zie voor meer informatie de aanbeveling van de Europese Commissie van 1 december jl.