Europees Parlement bereikt overeenstemming over vlees- en zuivelbenamingen
Het Europees Parlement heeft op 23 oktober jl. overeenstemming bereikt over herziening van de wetgeving voor de gemeenschappelijke marktordening voor landbouwproducten.
Belangrijk punt dat daar aan bod kwam was het gebruik van vlees- en zuivelbenamingen voor plantaardige producten.
Geen verbod op gebruik van vleesbenamingen voor plantaardige alternatieven
Het Parlement heeft tegen voorstellen gestemd om termen als steak, worst en burger exclusief toe te staan voor producten op basis van vlees. Een ruime meerderheid van de Europarlementariërs stemde tegen het verbod. Dit betekent dat benamingen als vegaworst en vegaburger gebruikt blijven worden voor vleesvervangers.
Zuivelbenamingen alleen voor zuivelproducten
Voor plantaardige zuivelvervangers geldt al enige tijd een verbod op het gebruik van een zuivelbenaming op de verpakking. In een arrest van het EU Hof van Justitie uit 2017, het zogenaamde TofuTown-arrest, werd geoordeeld dat er geen zuivelbenamingen gebruikt mogen worden voor plantaardige vervangers van traditionele zuivel. Een beschrijvende aanvulling, als ‘plantaardig’, ‘vega' of ‘niet-dierlijk’ is volgens de rechter onvoldoende om verwarring bij de consument te voorkomen.
Het Europees Parlement heeft ingestemd met een verbod op het gebruik van zuivelbenamingen voor plantaardige zuivelvervangers dat nog verder gaat. Niet-zuivelproducten mogen geen ‘melk’, ‘yoghurt’ of ‘boter’ genoemd worden. Maar ook het gebruik van zuivelbenamingen in combinatie met woorden als ‘style’, ‘type’, ‘methode’ ‘als geproduceerd in’, ‘imitatie’’, ‘smaak’, ‘vervanger, ‘als’ of iets soortgelijks mag niet. Dit betekent dat namen als sojamelk, plantaardige yoghurt of alternatief voor boter niet meer toegestaan zijn.
De verordening tot wijziging van de verordening inzake de gemeenschappelijke ordening van de markten voor landbouwproducten werd goedgekeurd met 463 stemmen voor, 133 stemmen tegen, en 92 onthoudingen.